DE KEEPERSTRAINER I TEKST: LEO OLDENBURGER I BEELD: LEO OLDENBURGER
Elke keer wanneer de (voor)selectie van het Nederlands Elftal bekend wordt gemaakt, kijk ik, als keepersvriend, met een oncontroleerbaar jaloerse blik naar de opgeroepen verdedigers en tuur vervolgens naar de internationaal vermaarde clubs waar zij onder contract staan. Liverpool. Internazionale. Juventus. Het is om je vingers bij af te likken. Daarentegen verbleekt het lijstje met vaderlandse doelverdedigers behoorlijk. Een verpletterende indruk zal het nergens ter wereld maken als men ziet waar onze doelwachters de punten voor dienen te pakken: Norwich City en SC Freiburg. We worden onder de deklat, met andere woorden, niet echt verwend.
Ons probleem? Het land is te klein. Letterlijk.
Ik hoef, in dit kader, alleen de naam Thibaut Courtois te noemen. Ik kan me niet voorstellen dat er een Nederlander te vinden is die hem níet graag in Oranje had gezien. En daar waren we écht heel dichtbij geweest. De boomlange keeper, die inmiddels bijna 100 interlands voor België op zijn naam heeft staan, werd geboren in Bree. Een piepklein gat, een gehucht slechts. Maar ook een vlek dat slechts op zo’n 10 kilometer van de Nederlandse grens ligt. 10 kilometer! Dat is niks. Toch houdt exact deze geringe afstand Thibaut Courtois uit Nederlandse handen. Maakt deze afstand dat hij een Rode Duivel is. En geen Oranje Leeuw.
Of neem Marc-André ter Stegen. Zijn naam klinkt zelfs Nederlands. Geboren in Mönchengladbach, een plaats die je vanuit Venlo bijvoorbeeld gewoon kan ruiken. En met een heel klein beetje oefening of talent zou je vanuit het centrum van Venlo, met een kei, iemand in het centrum van Mönchengladbach van zijn fiets kunnen gooien. Niet dat er een goede reden is om dat te doen, maar je zou het voor elkaar kunnen krijgen. Zo dichtbij ligt het. Maar ook de interlandcarrière van Ter Stegen kent zijn grenzen, en die ligt voor ons nét verkeerd. Marc- André’s voorouders zijn Nederlands en ook zijn vrouw is Nederlands. Alleen hij dus niet. Hij die Manuel Neuer voor zich moet dulden als National Torwart en dus op nog geen 30 interlands staat. Als Marc-André Nederlander was geweest, had hij minstens 100 interlands op zijn naam staan.
Courtois en Ter Stegen. Keepers van Real Madrid en Barcelona. En bijna van Oranje. Maar ja, die ene is een Belg en die andere een Duitser. En dat was Mark Flekken bijna! De keeper die onlangs zijn eerste Oranje-interlands mocht bijschrijven, en door onze bondscoach liefkozend een échte Louis-van-Gaalkeeper wordt genoemd, is geboren en getogen in de grensplaats Kerkrade. Een stadje waar men een dialect spreekt dat meer weg heeft van het Duits dan van het Nederlands. Een grensgeval dat dit keer wél in ons voordeel uitvalt. Een keeper die hopelijk binnenkort een transfer maakt naar een echt grote club, waar Jasper Cillessen (nee, die vergeet ik niet) al een paar van achter zijn naam heeft staan. Ook Cillessen is een grensgeval, want opgegroeid in Groesbeek, een plaatsje op nog geen 5 kilometer van Duitsland.
Trouwens, nu we toch zo lekker op de grens aan het balanceren zijn: zou Lars Unnerstall niet iets zijn voor Oranje? Noemen we hem Lars Onderstal. Is gewoon een prima Nederlandse naam, Onderstal. Merkt niemand iets van.
Onderstal in Oranje. Klinkt goed. Toch?