Maximaal keepen in partijspel (oefening 2 Harm Zeinstra)

Organisatie:

  • 7:7/8:8/9:9 partijspel in veld van circa 50 x 40 meter. Veld is verdeeld in zones, met flatmarkers aan zijkant om voorzet-zone 1 en 3 na te bootsen (zie oefening 1)
  • In beide voorzet-zones staat speler met bal. Overige spelers staan in centrale deel van veld, gericht op doel
  • Op signaal trainer geeft speler ongehinderde voorzet (vanuit rollende bal of dribbel). Deze komt vanuit zone 1 of zone 3 (linker- of rechterkant). Aanvallende partij heeft intentie om voorzet te benutten en te scoren. Verdedigers verdedigen volop in zones of in mandekking. Keeper richt zich op het onderscheppen (maximaal keepen) of tegenhouden van de poging
  • Na voorzet gaat partijspel verder en doen alle spelers mee. Gaat bal uit spel dan start keeper van team dat recht heeft op bal met inbrengen nieuwe bal

Variatie:

  • Maak afstanden groter of kleiner
  • Geef punten voor het onderscheppen van voorzet door keeper 
  • Start met meerdere voorzetten in plaats van slechts één, eventueel afgewisseld per kant en/of doel
  • Speler die voorzet geeft wordt onder druk gezet door tegenstander

Coaching:

  • Coaching op startpositie en uitgangshouding van keeper (maximaal keepen)
  • Zorg voor druk en chaos voor doel om keeper extra uit te dagen in complexe situatie
  • Coach op samenwerking/afstemming tussen keeper en verdedigers in oplossen van situatie
  • Coach op snelle omschakeling in ongeorganiseerde situatie
Vorig artikelMaximaal keepen (oefening 1 Harm Zeinstra)
Volgend artikelBlokken (knee drop) trainen in combinatievorm