Maarten Arts heeft een lijst opgesteld met tien vaardigheden die de moderne keeperscoach volgens hem zou moeten beheersen. De eerste zeven vaardigheden zijn eerder toegelicht. Vaardigheid 8 gaat over discipline en hard werken.
Te laat
Voor Maarten Arts zijn discipline en hard werken vanzelfsprekendheden. Discipline begint met het geven van het goede voorbeeld. “Als jij als trainer vindt dat je keepers op tijd moeten zijn, moet je dat zelf ook altijd zijn. Als je zelf een keer te laat komt, gaat er een stuk van je autoriteit verloren. De keepers zullen het misschien niet tegen je zeggen, zeker de jeugdkeepers niet, maar ze nemen je minder serieus.”
“Als je zelf een keer te laat komt gaat er een stuk van je autoriteit verloren”
Bij de profclubs waar Arts training gaf, werkte hij vaak met een boetepot. “Als iemand te laat kwam of materiaal niet in orde was, moest diegene wat inleggen. Dan kon het natuurlijk niet zo zijn dat ik aan het einde van het seizoen zelf met stip op één stond en de meeste boetes betaald had.”
Nabespreking
Discipline komt ook terug in het nabespreken van een wedstrijd. “De nabespreking dient bij voorkeur de dag na de wedstrijd plaats te vinden, omdat ik vind dat het leereffect het grootst is wanneer de wedstrijd nog vers in het geheugen zit. Dus wanneer je zaterdagavond speelt is het beste moment voor de bespreking zondagochtend. Er is dan weinig tijd, maar je moet het wel klaar hebben en dus zul je misschien ’s nachts nog de beelden terug moeten kijken. Je kunt niet zeggen dat je er weinig zin in hebt en het uitstellen tot je een vrije dag hebt. Nee, het moet gewoon helemaal klaar zijn: uitgetypt en opgeslagen op de computer. Wanneer er een videoanalist werkzaam is bij de club, dan zal hij in dit verhaal mee moeten, want ook de videoclips die je wilt laten zien moeten af zijn.”
Structuur
Verder vindt Arts het belangrijk om een duidelijke structuur in het werk te hebben. “Keepers moeten ervan op aan kunnen wat er op welke dag gedaan en besproken wordt. Zo moet je informatie over de penalty’s van de komende tegenstander op een vaste dag bespreken. Dan moet je als trainer die informatie ook paraat hebben. Daarnaast moet je ervoor zorgen dat als je gaat trainen, alles al klaarstaat voordat de keepers het veld opkomen. Ik geloof erin dat de discipline en het harde werken van de keeperstrainer uitstralen op de doelmannen. Het wordt makkelijker om ze daarin mee te krijgen wanneer je zelf het goede voorbeeld geeft.”
“Ik geloof erin dat de discipline en het harde werken van de keeperstrainer uitstralen op de doelmannen”
Fit
Dat goede voorbeeld geldt ook op fysiek vlak. “Je moet zuinig zijn op je lichaam en fit blijven. In mijn ogen kan het niet dat er bij een profclub een keeperstrainer werkt die veel en veel te zwaar is. Dan moet je aan de doelmannen gaan vertellen dat ze krachttraining moeten doen, op hun voeding moeten letten en niet te veel moeten drinken – het liefste helemaal niet – terwijl je zelf het tegenovergestelde laat zien. Dat is ook een discipline die je op moet brengen.”
“In mijn ogen kan het niet dat er bij een profclub een keeperstrainer werkt die veel en veel te zwaar is”
Topsporter
Arts zegt dat een keeperstrainer zelf ook als een soort topsporter moet leven. Niet alleen vanwege de voorbeeldfunctie, maar ook om het lang vol te kunnen houden. “Als je dat niet doet zul je zelf ook blessures krijgen, waardoor je niet meer kunt trappen en niet meer het niveau kan brengen dat je wilt brengen. Ben je eenmaal op dat punt aangekomen, dan kan het zelfs je baan kosten. Het is iets wat andere mensen binnen de club natuurlijk ook zien.”
Voorbereiding
Tot slot heeft de keeperstrainer het over een ander aspect dat bij discipline en hard werken hoort: “Als keeperstrainer moet je elke training voorbereiden. Zelfs na al die jaren van training geven, ongeacht het niveau waarop ik train, bereid ik alles optimaal voor. Daarin moet je je blijven ontwikkelen. Om dit te kunnen doen, zul je veel wedstrijden – en bij voorkeur ook trainingen – moeten zien. Het liefst live, of anders op televisie, zodat je bijblijft en nieuwe dingen ontdekt. Deze dingen kun je toepassen in je eigen praktijk. “