Randy Sanches

In de rubriek Trainers voor Trainers vragen we iedere maand een keeperstrainer om over zijn passie voor het vak te vertellen en zelfgemaakte oefenvormen met ons te delen. April staat in het teken van de 42-jarige Randy Sanches: een veelzijdige trainer, die niet voor niets sinds kort de rechterhand van Stanley Menzo is van het Surinaamse voetbalelftal.

Als kleine jongen bracht Randy heel wat uren door op het plein achter de Kinkerstraat, waar hij opgroeide in Amsterdam. Samen met schoolvriend Sander Smit speelde hij de EK-finale van ’88 na. Hans van Breukelen maakte in dat schouwspel plaats voor Stanley Menzo en samen met ‘Sander van Basten’ veroverde hij de straatstenen. “In ’87 zag ik ineens een donkere keeper in het doel staan bij Ajax. Ik wist meteen: later word ik Menzo! Iedere dag keepte ik. Gooien en vangen kon ik aardig. Toch voelde ik ook veel liefde voor voetbal. Bryan Roy was hierin mijn grote voorbeeld.”

Fiftyfifty

Niet veel later ging de Amsterdammer met Surinaamse roots met dezelfde schoolvriend mee naar voetbalclub VVA Spartaan. “Tien seizoenen heb ik bij deze club doorgebracht. Ik wilde zowel op doel staan als meedoen in het veld. In de eerste acht seizoenen mocht ik de eerste helft van de wedstrijden keepen en de tweede helft voetballen. Dat was voor mij de perfecte combinatie. Uiteindelijk koos ik er op mijn 14^e voor om twee seizoenen volledig te gaan voetballen. Toen ze me in de B1, wat we nu JO17 noemen, vroegen om weer te gaan keepen, deed ik dat in eerste instantie met veel tegenzin.”

“Toen ze me in de B1, wat we nu JO17 noemen, vroegen om weer te gaan keepen, deed ik dat in eerste instantie met veel tegenzin”

RKC Waalwijk

Gelukkig was Randy zijn keeperstalent niet verloren en dat bleef niet onopgemerkt. DWS wilde de doelman maar wat graag hebben en sindsdien ging het hard. Hij werd gescout en naar RKC Waalwijk gehaald. “Ik was absoluut niet bezig met de profwereld in mijn hoofd. Ik wilde gewoon plezier maken. Maar toen ik naar RKC ging, kwam natuurlijk een wens uit. Ik startte bij de Onder 19, maar de tweede keeper van het eerste elftal raakte geblesseerd en zo zat ik als 18-jarige ineens op een prachtige positie met een C-contract. Ik maakte trainingskampen mee en zag keepers als Van der Sar, die toen nog bij Ajax speelde. Ik was beland in mijn jongensdroom. Mijn debuut heb ik helaas niet gemaakt, omdat de eerste keeper, Rob van Dijk, nooit wat mankeerde en geen enkele rode kaart pakte. Desondanks was het een mooie tijd.”

Türkiyemspor

Na twee seizoenen nam de eredivisieclub afscheid van de goalie, omdat een nieuwe trainer andere, betere keepers meebracht. “Ik kon terecht bij Dordrecht, maar op dat moment vond ik dat te min. Achteraf denk ik: had het gewoon gedaan. Ik liep twee weken stage bij Bolton Wanderers in Engeland, maar dat werd ook geen succes. Het niveau was simpelweg te hoog voor mij op dat moment. Toen ik terugkwam trainde ik met een groepje voetballers, waaronder Winston Bogarde, bij Medico Vision in Amsterdam om beter te worden. Plotseling werd ik aangesproken door een Turkse man die me naar Türkiyemspor wilde halen. Turkije zag ik zeker zitten! Maar wat bleek? Het ging om FC Türkiyemspor in Amsterdam. In eerste instantie lachte ik de beste man uit, maar na een goed aanbod besloot ik toch de kans te pakken. Daar heb ik geen moment spijt van gehad.”

Keeperstrainer

Na een aantal seizoenen Türkiyemspor, ging Randy op zoek naar andere clubs met ambitie. “Ik wilde naar clubs toe die wilden promoveren. Zo speelde ik bij De Dijk, Pancratius, RVC Naarden en ZSVO. Toen ik geblesseerd raakte aan mijn schouder, besloot ik weer om te gaan voetballen. Vervolgens startte ik in 2015 ook met keeperstraining geven aan JO8 tot en met JO18 bij ZSVO. Ik wilde spelers mentaal verder helpen. Op eigen initiatief volgde ik een cursus pedagogiek van vijftien maanden, omdat ik wist dat deze me zou helpen bij het training geven.”

“Op eigen initiatief volgde ik een cursus pedagogiek van vijftien maanden, omdat ik wist dat deze me zou helpen bij het training geven”

Ziektewet

De gedreven trainer kwam bij AFC en de Ajax Amateurs terecht, waar hij onder andere werkte met keeperstrainer Béla Szénási en trainer Jörg Smeets. Langzaam groeide de wens om een eigen keepersschool te starten. “In 2017 schreef ik me in bij de Kamer van Koophandel. Ik had nog geen site. Iedereen die wilde komen kon komen. Ondertussen deed ik ook jongerenwerk. Ik was straatcoach en interventiemedewerker. Door een incident raakte ik in de ziektewet. Na mijn werk werd ik plotseling van mijn fiets getrapt en in elkaar geslagen door jongeren. Mijn contract werd jammer genoeg niet verlengd en ik was radeloos. Ik wist niet wat ik moest doen. Vervolgens besloot ik mijn passie als trainer verder uit te breiden en pakte ik het professioneel aan. Ik veranderde de naam, het logo en liet een nette site maken. Toen is het hard gegaan.”

Sanches Goalkeeper Academy

De omvang van de keepersschool nam in rap tempo toe. Binnen drie jaar werd Sanches Goalkeeper Academy een bekend begrip in de Amsterdamse keeperswereld. “Kenneth Vermeer belde me op een gegeven moment op met de vraag of ik hem wilde trainen. Ik kende hem al via Accent Sport, waar ik eerder werkte. Ook ging ik een samenwerking aan met Fysiomed. Via hen komen veel keepers dan bij mij terecht. Mickey van der Hart bijvoorbeeld met zijn schouderblessure en Warner Hahn. Ik maak hen weer fit.”

Goalplayer

Binnen de keepersschool, gevestigd bij ASV De Dijk, wordt in eerste instantie hard gewerkt aan de basisprincipes en aan zelfvertrouwen. “De basis moet perfect zijn. Heel veel keepers missen de basis, ook in de Eredivisie. Dat komt doordat we tegenwoordig te veel hameren op meevoetballen. Keepers worden voornamelijk beoordeeld op het voetbalaspect in plaats van het keepersaspect. Dat zie ik vaak terug bij BVO’s. Ze willen ook de naam veranderen bij de KNVB. In plaats van goalkeeper, goalplayer. Frans Hoek is daar eigenlijk mee begonnen met Stanley Menzo, die libero was. Neuer is er Goalkeeper of the Year door geworden.”

“Ik sta volledig achter meevoetballen, zo lang keepers maar voldoende uren krijgen om aan de basistechnieken te werken. Dat is nu niet het geval. In Engeland hebben ze bijvoorbeeld anderhalf uur keeperstraining. Dat ga ik hier in Nederland ook proberen in te voeren. Dan kom ik maar iets eerder. Uiteindelijk werpt het vele trainen zijn vruchten af, daar ben ik van overtuigd.”

Judo

De basisprincipes bestaan volgens Randy vooral uit correct insnijden, een goede oog-handcoördinatie hebben en technisch opstaan. “Technisch opstaan heb ik bij judo geleerd. In plaats van vijf of zes handelingen uitvoeren voordat je opstaat, sta je in één keer op. Bij judo leer je alle valtechnieken. In principe vind ik ook dat de keepers meerdere sporten moeten beoefenen. Van elke sport neem je weer iets mee, waardoor je jezelf beter ontwikkelt.”

“In principe vind ik dat keepers meerdere sporten moeten beoefenen”

Playstationtrainers

Naast de technische aspecten wordt veel aandacht besteed aan de mentale gesteldheid. “Een keeper moet zelfvertrouwen hebben, anders is hij nergens. Hij moet zeker zijn van zijn zaak en niet gokken. Ik bevraag jongens heel veel. ‘Waarom doe je dit of dat?’ Ik vind het belangrijk dat ze zelf nadenken. Tot aan het eerste elftal zijn ze alleen bezig met hun ontwikkeling. Ze kunnen geen fouten maken, maar alleen ontwikkelen. Die benadering helpt om zelfvertrouwen te creëren. Zelfredzaamheid is belangrijk. Sommige jongens hebben het moeilijk, omdat ze op een andere manier zijn opgeleid. Ze hebben training gehad van ‘Playstationtrainers’, die precies aangeven wanneer ze naar links en naar rechts moeten. Op de langere termijn heb je daar weinig aan, als je het mij vraagt.”

Inspiratie

Inspiratie voor trainingen haalt de ex-goalie vanuit diverse bronnen. “Toen ik net gestart was met training geven, keek ik veel video’s op YouTube. Claudio Tafarell van Brazilië heeft me erg geïnspireerd. De Zuid-Amerikaanse stijl is erg explosief. De side volley komt hier bijvoorbeeld vandaan. Je keept ook meer vanuit je billen. De Amerikaanse stijl heeft me, naast judo, geïnspireerd op het gebied van technisch opstaan. Daarnaast zijn de Amerikaanse buikspierdrills, met een bal en jongleeroefeningen, effectief voor de oog-handcoördinatie. De Engelse stijl heeft me eveneens veel geleerd over oog-handcoördinatie. Je moet, zodra de bal komt, altijd je handen voor je lichaam houden en je handen kunnen zien. Uiteindelijk heb ik een mix van deze stijlen gemaakt. De houdingen heb ik met Béla uitgewerkt bij AFC.”

“Tegenwoordig let ik extra veel op wedstrijdechte situaties. Die wil ik tijdens trainingen creëren en dan op die manier anticiperen op komende wedstrijden. Daarnaast vind ik het leuk om samen met trainers en keepers nieuwe oefeningen te verzinnen. Van elke trainer die ik zelf heb gehad, heb ik natuurlijk ook dingen overgenomen. Bovendien vraag ik regelmatig aan keepers wat ze nodig hebben en waar ze behoefte aan hebben. Soms ontstaan ideeën voor oefenvormen ook spontaan.”

FC Volendam

Naast de trainingen die de gedreven sportman verzorgt op zijn eigen academy, is hij sinds dit seizoen ook een paar dagen per week werkzaam bij FC Volendam. Samen met keeperstrainer Frank van der Geest is hij verantwoordelijkheid voor alle keepers. “Ik ben mentor van de onderbouw en middenbouw, Frank van de bovenbouw en het eerste. We laten onze trainingen altijd aansluiten op de teamtrainingen. Op vrijdag, de dag vóór de wedstrijd, spelen we altijd volledig geïntegreerd. We hebben veel contact met de trainers. Tijdens de groepstraining blijf ik erbij om te coachen. Ik coach ook de laatste linie. Laatst was ik zelfs met de nummer 6 bezig. Omdat ik zelf voetballer ben geweest en linksbuiten, linksachter en linkshalf stond, kan ik die vertaalslag beter maken.”

Oompie

Ook bij Het Andere Oranje neemt de gepassioneerde ex-doelman graag de rol van mentale begeleider aan. “Ze noemen me hier ‘oompie’, omdat ik erg betrokken ben bij de jongens en veel met hen praat. Op drie vlakken moet het wat mij betreft goed zitten: thuis, school en voetbal. Als ik zie dat het thuis of op school niet goed gaat, dan gaan we daaraan werken. Voetbal komt daarna. We evalueren regelmatig. Ik vraag de videoanalisten om vier pluspunten en vier kluspunten. Teamprestatie staat op twee en persoonlijke ontwikkeling op één. Plezier hebben en lekker in je vel zitten is voor mij het belangrijkste.”

“Teamprestatie staat op twee en persoonlijke ontwikkeling op één. Plezier hebben en lekker in je vel zitten is voor mij het belangrijkste”

Bemiddelaar

Hoewel de trainer over het algemeen tevreden is over zijn prestaties en over zijn manier van werken, heeft hij zichzelf ook doelen gesteld om zijn kwaliteiten verder uit te breiden. “Laatst werd er op de club door een extern coachingsbureau een profiel geschetst van ons als trainer en als persoon. Uit mijn ‘scan’ kwam naar voren dat ik een bemiddelaar ben. Daar kan ik me volledig in vinden. Als bemiddelaar wil ik graag dat alles vredig en goed verloopt. In mijn werk als trainer betekent dat dat ik lastige situaties liever uit de weg ga. Binnenkort moeten we weer afscheid nemen van jongens en daar zie ik enorm tegenop. Hier mag ik wel wat harder in worden van mezelf. Het hoort er nu eenmaal bij in deze voetbalwereld.”

Kwaad daglicht

Het niveau van de huidige eredivisiekeepers is wat Randy betreft er niet eentje om over naar huis te schrijven. “De kwaliteit is echt minder dit jaar. Er worden te veel onnodige fouten gemaakt. Justin Bijlow, Maarten Paes en Yannick van Os zijn wel mijn favorieten. In mijn ogen zijn ze állemaal potentiële Nederlands elftalkeepers, maar helaas hebben de media er een handje van om ze in een kwaad daglicht te zetten. Eén foutje wordt al snel uitvergroot tot een megablunder. Dat gaat ten koste van carrières.”

“Op internationaal gebied is Mendy van Chelsea mijn held. Een keeper met een verhaal. Hij was heel arm en werd op zijn 24^ste pas prof. Inmiddels heeft hij zoveel bereikt. Hij is explosief en kan redelijk goed meevoetballen. Ik ben fan van hem!”

Droombaan

De veelzijdige trainer begeeft zich inmiddels zelf ook op internationaal terrein. Onlangs is zijn grootste droom werkelijkheid geworden. Hij werd weliswaar geen Menzo, maar is nu wel zijn rechterhand als keeperstrainer van het Surinaams voetbalelftal. “Ik wilde altijd al wat doen voor Suriname. Na Stanley Menzo en Kenneth Vermeer had je geen echte Surinaamse keeperssterren meer. Ineens zag ik dat Stanley Menzo, momenteel hoofdtrainer van het Surinaamse elftal, me belde. Brian Tevreden van De Tevreden Group (spelersmakelaarsbedrijf, red.) is adviseur van de Surinaamse Voetbal Bond en heeft Menzo geadviseerd om contact met me op te nemen. Menzo stelde vragen over mijn werkwijze en specialiteiten. Alle selectiekeepers trainde ik al, waaronder Warner Hahn, dus ik had al een band. Er waren wel andere kandidaten, dus ik rekende nergens op.”

“Vervolgens belde Bryan Tevreden me om te zeggen dat Menzo gecharmeerd van me was en erg geïnteresseerd. Nog steeds maakte ik mezelf geen illusies. Vele dagen vol spanning later belde hij nog een keer om te zeggen dat Menzo’s keuze op mij was gevallen. Ik viel bijna flauw en dacht dat het een joke was. Ineens ging het heel snel en werd het serieus. Toen ik werd toegevoegd aan de staf van Suriname via Whatsapp, dacht ik: het is gewoon waar. Het landde nog steeds niet, totdat we op Schiphol waren. Ik moest bijna huilen van geluk. Toen ik Menzo zag in Suriname, kwam ik weer in mijn kindrol. ‘Ik was zo’n fan van u. U was mijn  held.’ zei ik.”

“Toen ik werd toegevoegd aan de staf van Suriname via Whatsapp, dacht ik: het is gewoon waar”

“De omschakeling was lastig om van fan naar collega te gaan. Ik was nerveus en niet mezelf als trainer. Ik blokkeerde. Vervolgens vroeg ik een gesprek met Menzo aan, waarin hij het ijs brak. Daarna wist ik duidelijk wat hij van me verwachtte en nu zie ik hem echt als collega.”

“Werken voor het Surinaamse nationaal elftal is echt next level. Niet per se qua trainen, maar wel qua organisatie. Ik kijk ernaar uit om weer erheen te vliegen. Mijn vrouw zorgt voor onze jonge kinderen en steunt me in alles. Dit is waar ik lang naar heb verlangd. Als je maar genoeg in jezelf gelooft is alles mogelijk.”